“Je kunt ze bijna horen denken”, glimlacht Judith Bakker. Tevreden werpt ze een blik door een klaslokaal waarin vijf leerlingen met hun neus in de boeken zitten. Bakker is een van de drie docenten van het Drenthe College die midden in coronatijd aan de basis stond van het nieuwe opleidingstraject dat bewust kleinschalig is opgezet, omdat één-op-één-begeleiding wenselijk is.
“We zijn in 2021 gestart met een kleine groep van elf leerlingen, verspreid over twee lokalen. Het doel van het project is om vertrouwen in jezelf én in het onderwijs terug te krijgen. Het zijn allemaal jongeren die niet geslaagd zijn in het onderwijs en geen vertrouwen meer hadden dat dit goed zou komen. We zijn dit project bewust niet op een school gestart, om de associatie met een slechte ervaring te voorkomen. Wat je ook hebt meegemaakt, die nare ervaring moet geen factor zijn”, legt Bakker uit.
Judith
Eigen verhaal
In twee jaar tijd krijgen jongeren, voornamelijk in de leeftijd tussen 18 en 27 jaar, op hun eigen tempo de kans om een diploma tot facilitair medewerker op mbo-niveau 2 te halen. De opleiding is een samenwerking tussen het Drenthe College, de EMCO-groep en Menso. Bakker: “Er is een groep jongeren in Drenthe voor wie het reguliere onderwijs blijkbaar niet helemaal goed werkt”, schetst ze de aanleiding voor Samen Leren Werkt-project.
“Het lukt die jongeren niet om wat voor reden dan ook en ze hebben daarvoor allemaal hun eigen verhaal. Of het nou autisme is, een trauma, een thuissituatie of armoede; het maakt eigenlijk niet zoveel uit. Maar wat ze nodig hebben, daar besteden we in dit opleidingstraject aandacht aan. Het zetje in de rug dat deze doelgroep nodig heeft is al heel vaak gegeven, maar dat werkte niet. Wij geven een zachter zetje dat hopelijk beter werkt.’
In het opleidingstraject worden theorielessen vaak ‘s ochtends gegeven, waarna ‘s middags een aanvullende stage volgt bij de EMCO-groep tot facilitair medewerker, een opleiding die breed is opgezet. Leerlingen kunnen in hun eerste jaar een stage doen in onder meer de bedrijfskantine, schoonmaak, beveiliging, logistiek of techniek.
“Er zit van alles in”, vertelt Bakker. “Binnen de EMCO-groep komen alle verschillende richtingen aan bod, waardoor leerlingen erachter kunnen komen wat ze leuk vinden. In het tweede jaar vindt de stage extern plaats. Net als op een normale school doen leerlingen hier ook examens en stages, maar hoe wij leerlingen voorbereiden op die examens mogen we helemaal zelf weten.”
Buikpijn
Een van de leerlingen die deze ochtend met haar neus in de boeken zit is de 20-jarige Moniek. Bakker is blij om te zien hoe goed Samen Leren Werkt voor haar uitpakt. “Ze had al een poosje thuis gezeten en stond formeel wel ingeschreven bij een school, maar was daar al anderhalf jaar niet meer geweest. Via de RMC – Trajectbegeleider van Menso kwam ze bij ons onder de aandacht en de aanpak binnen het opleidingstraject sloeg goed aan”, blikt de docente terug.
Moniek zag desondanks als een berg op tegen de stage die ze moest doen. “Daar kreeg ze bijna buikpijn van. Toen hebben we gezegd: dan laten we die stage eerst voor wat het is en storten we ons op de theorielessen. Maar na anderhalve week kwam ze bij me en vroeg ze wanneer zij op stage mocht. Zo snel kan het gaan”, lacht Bakker.
Moniek vertelt zelf vrijuit over de situatie waarin ze zat voordat ze in het opleidingstraject van het Drenthe College, de EMCO-groep en Menso terechtkwam. “Ik deed een kaderberoepsgerichte leerweg en dat ging best goed, maar daarna wist ik niet zo goed wat ik moest doen”, vertelt ze. Het werd een mbo-opleiding, maar daar stopte ze na driekwart jaar mee.
Stress en woedeaanvallen
“Ik kreeg steeds vaker stress en woedeaanvallen. Omdat de maat voor mijn ouders vol was, ging ik van school af en zat ik maandenlang thuis. Eigenlijk deed ik niks anders dan chillen, maar de woedeaanvallen en stress namen wel af.” Dagbestedingen liepen ook uit op niets en ook de begeleiding die Moniek kreeg toegewezen pakte niet goed uit, totdat een RMC – Trajectbegeleider van Menso de juiste snaar bij haar raakte. Zij maakte Moniek enthousiast voor het Samen Leren Werkt-opleidingstraject. “Wij hadden echt een klik”, glundert ze.
“In het begin vond ik alles eng, maar dat is niet heel gek toch?”, blikt Moniek terug op de start van de opleiding in maart 2021. Dat veranderde al snel toen ze merkte dat ze in een omgeving was terechtgekomen zonder prestatiedruk. “De mensen zijn hier zo aardig en dan voel je je ook sneller op je plek. Daardoor werd ik ook sneller nieuwsgierig naar de stages die je kon doen.”
“Van alles wat je binnen de EMCO-groep kunt doen, vond ik werken in de keuken van de bedrijfskantine het leukste, maar ik ben er inmiddels achter dat ik graag met kinderen wil werken. Sommige mensen vinden het gegil en gegiechel van kinderen vreselijk, maar ik word er vrolijk van”, vertelt Moniek, die door haar stage in overdekt speelparadijs Ballorig al regelmatig met kinderen in aanraking komt.
De problemen waarmee ze kampte zijn nog steeds niet helemaal verleden tijd. “Sommige dingen zijn voor mij nog steeds weleens te vermoeiend, maar via de opleiding heb ik geleerd wat voor mij goed werkt en wat juist niet. Ik probeer nu eerst de opleiding tot facilitair medewerker af te ronden en in september wil ik met de opleiding tot pedagogisch medewerker starten.”
Aandacht
Binnen de verschillende afdelingen van de EMCO-groep waar leerlingen kunnen laten zien wat ze in hun mars hebben, lopen verschillende afdelingshoofden rond die hulp kunnen bieden als iemand met vragen zit. Werkleider Hendry Meijerink, die in mei dit jaar dertig jaar werkzaam is bij de EMCO-groep, stuurt op zijn beurt alle afdelingshoofden aan.
“Het is de bedoeling dat ik het overzicht houd. Dat betekent dat ik er ook weleens mensen tussenuit pik van wie ik denk dat het goed is om even met elkaar in gesprek te gaan. Daarnaast zorg ik dat de balans tussen de werkzaamheden en de mensen die het werk doen goed is”, legt hij uit. Als de werkleider het personeel van de laatste jaren vergelijkt met voorgaande jaren, constateert hij dat er nu meer geestelijke dan lichamelijke problematiek is. “De soort aandacht die je het personeel geeft verandert mee, maar dat maakt het werk ook juist interessant. En dat lukt, want ik heb goed draaiende afdelingen”, vat hij samen.
Een van de afdelingen waar de leerlingen van het Drenthe College actief zijn binnen de EMCO-groep is het bedrijfsrestaurant waar Bart Moolhuizen sinds drie jaar manager is. “Ik heb met Hendry contact over bijvoorbeeld de uren die zijn stagelopers draaien”, legt hij uit. Moolhuizen had jarenlang een eigen bedrijf met catering, waar hij mensen opleidde tot horeca-assistent, totdat alles in het restaurant tijdens de coronacrisis stil kwam te liggen.
Hij kwam in gesprek met de EMCO-groep, dat nog een manager voor het bedrijfsrestaurant zocht, toen het balletje ging rollen. “En ik kan niet anders zeggen dan dat ik het enorm naar m’n zin heb”, zegt Moolhuizen. Naast de stagelopers van het Drenthe College heeft hij ook mensen in het restaurant rondlopen vanuit de sociale werkvoorziening en mensen vanuit Menso die werkritme proberen op te bouwen.
“Dat die mensen een krasje hebben, geeft niet. Dat past bij me, anders had ik dit werk ook niet kunnen doen. Je hebt er wel geduld, begrip en sociale vaardigheden voor nodig. Soms is het met z’n allen wel nodig om aan te poten, maar dat wordt goed opgepakt, al is het soms wel even moeilijk. En wat ik zelf heel fijn vind is dat er ruimte is om creatief te kunnen zijn en mezelf te ontwikkelen. Het is de bedoeling dat iedereen hier elke dag tevreden naar huis gaat en volgens mij is dat het geval. Voor mij in ieder geval wel”, stelt de restaurantmanager tevreden vast.
Henry en Bart
Ontwikkeling laten zien
Alle goede bedoelingen ten spijt: werken met leerlingen die hun weg in het reguliere onderwijs niet konden vinden, gaat niet altijd helemaal vlekkeloos. Als docent vereist het soms een engelengeduld om een leerling weer op het juiste spoor te krijgen, weet Bakker. “Iemand kan bijvoorbeeld te laat in de les zijn, irritant zijn of z’n boeken zijn vergeten. Als docent kun je daarover in discussie gaan, maar je kunt ook een voorstel doen wat nodig is om het te laat komen eens te voorkomen”, zegt Bakker.
“We vragen wat daarvoor nodig is, maar doen één ding tegelijk. Over het gedrag in de les of het vergeten van lesboeken kun je het later dan wel een keer hebben. We proberen de drempel heel laag te houden, als leerlingen maar komen opdagen en een ontwikkeling laten zien. We hebben in die twee jaar waarin dit opleidingstraject bezig is gelukkig maar drie uitvallers gehad, Voor hen is dit dan niet de plek geweest waar ze moesten zitten en is de problematiek in hun privéleven helaas nog te groot.”
“We zijn nu twee jaar verder en er worden straks vier leerlingen gediplomeerd. Later volgen nog een aantal andere leerlingen”, vertelt Bakker trots. Als ze vanuit het opleidingstraject hun diploma hebben behaald, is het de bedoeling dat de externe stage wat meer aansluit op de het werk dat deze jongeren uiteindelijk willen doen. Zoals met Moniek, die graag met jonge kinderen wil werken.
Bakker: “Op dat moment komt Menso in beeld, want zij helpen zoeken naar een stage. Een van de leerlingen die via dit traject een diploma heeft behaald, is via die manier al aan leuk werk gekomen. Een andere leerling is hier juist begonnen aan een niveau 3-opleiding en leert dus door. Die heeft de smaak van naar school gaan weer helemaal te pakken. Door begrip te tonen dat iemand anders in elkaar zit en met die eigenschappen rekening te houden, helpen we jongeren weer op weg.”